Rotterdamse industrie kan 20 tot 25% van de Nederlandse CO2-doelstelling realiseren

Duurzaamheid

De industrie in Rotterdam werkt aan een serie projecten waarmee in totaal 20 tot 25% van de Nederlandse CO2-reductiedoelstelling voor 2030 bereikt kan worden. De projecten vragen vrijwel allemaal om een actieve rol van het Rijk. “Juist omdat in een klein deel van Nederland zoveel transitieprojecten plaatsvinden, is maatwerk voor dit gebied nodig. De energietransitie is complex en veel projecten hangen met elkaar samen. Dat vraagt om een integrale benadering van het cluster en goede samenwerking tussen overheid, bedrijven en het Havenbedrijf. Als we alle nu lopende projecten realiseren, dan vindt hier drie keer zoveel CO2-reductie plaats als we zouden moeten doen bij een evenredige verdeling van de reductiedoelstelling over de Nederlandse industrie”, concludeert Allard Castelein, CEO Havenbedrijf Rotterdam.

windturbines-zonsondergang-maasmond-kees-torn-hbr-07-2019
Foto, Kees Torn.

Het Havenbedrijf doet een oproep aan minister Wiebes voor een clustergerichte aanpak van de transitie. Door de concentratie van industrie in een klein gebied zijn hier oplossingen mogelijk die elders niet aan de orde zijn. De verwevenheid van verschillende transitieprojecten maakt coördinatie daarvan noodzakelijk. Op projectniveau weten overheid en bedrijfsleven elkaar nu te vinden, maar het ontbreekt aan een integrale benadering van het industriecluster door het Rijk.

De projecten waar de industrie, het Havenbedrijf en verschillende andere partners aan werken zijn onder andere de ondergrondse opslag van CO2, ontwikkeling van warmtenetten om de restwarmte van de industrie te benutten, de productie van waterstof, de aanlanding van windenergie van de Noordzee, de ontwikkeling van extra infrastructuur voor waterstof en elektriciteit, verschillende recycling-projecten en het vergroten van de productie van biobrandstoffen. Ook in de logistiek lopen projecten zoals elektrische binnenvaart en verduurzaming van de zeescheepvaart.

Het Havenbedrijf ziet het kabinetsvoorstel voor het Klimaatakkoord vooral als een kans om de energietransitie te versnellen, maar heeft ook bedenkingen bij het stuk. Met name de voorgestelde invoering van een CO2-heffing in 2021 is punt van grote zorg. Het ombouwen van productieprocessen in de industrie kan niet op zo’n korte termijn. En de noodzakelijke infrastructuur voor transport van bijvoorbeeld CO2, waterstof en restwarmte ontbreken nog vrijwel geheel. Bedrijven kunnen daardoor niet het tempo van de invoering van de extra belasting bijhouden.

In-drie-stappen-duurzaam

De projecten die in sterke mate bijdragen aan de landelijke klimaatdoelstellingen passen in de ‘in-drie-stappen-duurzaam’ aanpak die in het kader van het Klimaatakkoord is ontwikkeld. In stap 1 ligt de focus op efficiency, benutting van restwarmte en opslag van CO2 onder de Noordzee. In stap 2 gaat het om de ontwikkeling van een nieuw energiesysteem, gebaseerd op groene elektriciteit en waterstof in plaats van olie en aardgas. In stap 3 staat de ontwikkeling van circulaire productieprocessen centraal.

Het Havenbedrijf heeft de ambitie om de haven koploper van de energietransitie te doen zijn. Dat is goed voor het klimaat, en kan tegelijkertijd gunstig zijn voor het vestigingsklimaat. Bijvoorbeeld omdat hier een CO2-netwerk ligt, groene stroom en waterstof beschikbaar zijn voor de industrie, warmte geleverd kan worden aan een warmtenet etc.